Dit keer geen berenpret, maar doemaardoemee-show (haalt het bij lange na niet bij berenpret, dus hiervoor hoeven we onze etenstijden niet aan te passen). Geen beren op de weg, maar wel een vosje, genaamd Victor, die al snel herkent wordt. Overal ziet Maud hem gaan, boven het zwembad als we aan komen fietsen, binnen bij de receptie zit hij heerlijk op een bankje, in het zwembad hangt hij in een mandje boven de golven, Villa Victor is zijn binnen-speelparadijs (ballorig zonder ballen) en hij staat natuurlijk op haar nieuwe t-shirt.
Deze vakantie staat echt in het teken van ontdekken, zowel op lichamelijk als cognitief gebied. Als een spons zuigt Maud zich vol met wat ze om zich heen ziet en hoort. Ineens begint ze ook woorden te gebruiken voor specifieke dingen. Nog niet geheel in het ABN, maar voor ons begrijpelijk, weet ze ons te wijzen op ooowto (auto), boeh (boom), appel (appelsap), bêh of aap (schaap), apen (slapen), appen (eten), tieten (fietsen) en een heleboel óntje (hondje, aan het begin van de vakantie waren het nog allemaal Wendy’s). Er gaat een wereld voor haar (en ons open), we snappen meteen alle ouders die hun kind ook verstaan, terwijl de rest van de wereld er nog geen chocolade van kan maken.
Ook lichamelijk ontdekt ze allerlei nieuwe dingen, of ze verbeterd wat ze al kan. Dit doet ons besluiten om op zoek te gaan naar een 3-wieler, we vinden er uiteindelijk één bij een plaatselijke rijwielhandelaar: een groene kikker fiets! Ze is meteen fanatiek aan het oefenen, al kan ze nog niet echt bij de trappers, maar lopend komt ze een heel eind. Het eerste wat ze ’s morgens wil (en ook het laatste ’s avonds) is spelen met de fiets.
Ook in het ‘subtropisch’ zwemparadijs is genoeg te ontdekken. Zonder blikken of blozen klimt ze in de ‘mini’-wild waterbaan om aan het eind netjes om te draaien en zich via de ‘waterval’ in het water eronder te laten vallen (dit tot schrik van vele andere ouders!). Met papa aan het begin en mama aan het eind kan er toch niets gebeuren, ook al hoeven papa en mama eigenlijk niets te doen. Daarna even met papa, mama of oom Frank op de grote familie-, de turbo- of de tornado glijbaan, jippie! Elk uur veranderd het grote golfslagbad in een woeste zee, vol deinende mensen. Ervaring leerde al snel dat het leuker is in het diepere deel (lekker op de golven deinden), dan in de branding (waar alle ouders met kleine kinderen denken dat het veiliger is… de branding slaat iedereen ondersteboven, terwijl je in de golven controle houdt!) In het peuter/kleuterbad is ook genoeg te ontdekken, maar dan meer andere kinderen en vooral het speelgoed dat ze bij zich hebben.
Voor de grote mensen is er een echte wild-waterbaan waar je minstens 12 jaar en een geoefende zwemmer voor moet zijn, dat is niets teveel gezegd. Nadat we de eerste keer zowat verzopen in de stroomversnellingen en watervallen die je onder water trokken, werd het de sport om de ideale lijn te vinden. Vooral ’s morgens vroeg, als er nog bijna niemand is, kan je om de beurt goed werken aan het perfectioneren hiervan.
Van alle plannen die we voor de vakantie hadden is nog niet veel gekomen, we leven bij de dag en zien hoe we ons voelen. Maud heeft door alle indrukken van het leven op de camping toch nog 2 keer een slaapje nodig en dat beperkt de mogelijkheden flink. Daarnaast is Maud ook nog een paar dagen koortsig geweest, waarschijnlijk iets opgelopen in het zwembad ofzo. Gelukkig zonder diarree of buikpijn en haar humeur bleef goed. Nu is ze snotverkouden, maar de koorts is weg.
Het weer werkt ook niet echt mee, met grote kans op regen ga je niet echt even flinke fietstochten maken. Maar voor Maud is het wel een leuke afwisseling om samen met papa, mama of oom Frank op de fiets naar de hertjes, de winkel of gewoon een rondje door het bos te maken. Frank heeft al heel wat kilometers in de benen door het fietsen via knooppunten naar Maaseik (ong. 30 km) en Lommer (ong. 50 km). Voor Henk valt het toch nog wat tegen, vooral omdat hij wat meer last heeft dan hij van te voren gehoopt had. Kleine rondjes op de fiets lukken prima, verder weg is het nog teveel. Monique heeft al heel wat afgelopen, 3x per week blijft ze het schema voor de 10K volgen.
Er is nu 1 ½ week voorbij, we hebben al met al toch al wel heel wat gezien. Maaseik, waar we met een treintje door de stad zijn gereden, met aansluitend een deel van de auto-route door het Maasland. Tongeren, de oudste stad van België, waar op zondag een Italiaanse markt was en waar we zeker terugkomen. Neerpelt, waar we in het klankenbos gelopen hebben (heel bijzonder) en Lommer, waar Monique mee liep met de Kattenbosser Jogging, tijd 32:35. Komende vrijdag staat er in Retie een 10K op het programma, voor het eerst dat ze er 1 gaat lopen, doel is: uitlopen, liefst binnen het uur.
Laten we hopen dat de 2de helft van de vakantie mooier weer is (en dus ook meer kansen om er op uit te gaan). Nog op het lijstje staan: Tongeren (om zijn geschiedenis), het blote voeten pad en de abdijroute (fietsen).